Smelt de boter in een pan en voeg de fijngehakte kastanjechampignons toe. Bak deze voor ongeveer 5 minuten tot ze goudbruin zijn en al het vocht is verdampt.

Voeg de fijngesneden bosui toe en bak nog 2 minuten mee.

Strooi de bloem over het mengsel en bak dit kort mee om de smaak te ontwikkelen.

Voeg de bouillon toe terwijl je blijft roeren. Hierdoor ontstaat een stevige, romige ragout.

Breng op smaak met zout en peper. Laat de ragout afkoelen en zet deze daarna minimaal 2 uur (of liever een nacht) in de koelkast om stevig te worden.

Haal de ragout uit de koelkast en vorm met je handen kroketburgers van de ragout.

Rol elke kroket eerst door de gewone paneermeel dan door het dompel ze in het losgeklopte ei met een eetlepel bloem en rol ze daarna weer door het kruidenpaneermeel. Zorg dat ze goed bedekt zijn.

Verhit de olie in een diepe pan tot 180°C.

Frituur de kroketten in kleine porties goudbruin en krokant in ongeveer 3-4 minuten.

Laat de kroketten uitlekken op keukenpapier.